Dinsdag 17 december 1996
Na het ontbijt rijden we naar Kalibaru. Wederom een lange rit. Volgens Nico een leuk hotel met een zwembad tussen de rijstvelden.
Het is een klein hotelletje met een fantastisch uitzicht. Precies zoals je je Indonesië voorstelt.
Het was wel weer een hele dag in de bus zitten. De koffie (thee) pauze was in een smerig restaurant, maar de lunch was in een leuk restaurantje, boven water gebouwd. In het water zwemmen grote goudvissen en kooikarpers. Het is warm vandaag. Op de kamers is geen airco.
We lopen nog even het dorpje in, maar de passar is reeds dicht.
Woensdag 18 december 1996
Na het ontbijt gaan we naar de school, die de Stichting Het Schone Streven dit jaar heeft laten bouwen voor weeskinderen. Twee klassen met kleuters zingen voor ons allerlei kinderliedjes in het Javaans en in het Nederlands. De helft van de kinderen zijn weeskinderen die ondergebracht zijn in pleeggezinnen in de omgeving. Ze gaan samen naar school. Ouders en familie liggen voor de deur te wachten.
Hierna steken we de weg over en brengen een bezoek aan de plantage Grote Tuin. Eerst krijgen we uitleg hoe suiker wordt gewonnen uit de klapperboom, hoe dit wordt verwerkt en we krijgen wat suiker te proeven en wat te drinken. Daarna lopen we over de plantage rond, krijgen uitleg over peper, vanille, menthol, kaneel, koffie, cacao, gember, koriander enz.
Bij terugkomst worden we verwelkomt met groene thee, die zoals men zegt goed is voor de bloeddruk. Verder worden we verwend met gembercake, een dognut (soort oliebol) en in een palmblad gerolde plakrijst met kip.
Terwijl wij drinken en eten wordt door de kinderen een show opgevoerd met allerlei dansen. Ook laten zij ons zien wat je allemaal van palmbladeren kunt maken. Heel kunstzinnig, maar ook hele praktische zaken, bijvoorbeeld om rijst in te koken. Als we vertrekken doen de kinderen ons uitgeleide naar de bus.
‘s Middags zitten we lekker op ons terrasje en zoeken de foto’s uit. We proberen ze op volgorde te leggen. ‘s Avonds na het diner is er weer gammelan met dans. Dit is nog steeds niet leuk.
Donderdag 19 december 1996
Na het ontbijt lopen we naar de passar. Hij is schitterend. We kunnen niet overal foto’s maken omdat het te donker is, maar het is wel de mooiste passar tot nu toe.
Nadat we terug waren in het hotel liet een Nederlander uit Den Haag die een groot deel van het jaar in Kalibaru woont ons zijn kampong zien. Papa Jan woont hier op een kamer bij mensen in huis en laat een kind (19) op zijn kosten studeren. We drinken thee bij hem. Hij heeft in dat huis wel een sta wc en een douche laten aanleggen, want een houten plankje in de sloot was hem toch wat te glibberig. De vrouw des huizes kookt nogwel buiten in plaats van binnen. Op een houtvuur staat een grote ketel met rijst te stomen. We bekijken de rijstfabriek nog even. Alles ligt buiten te drogen, maar ook de kippen lopen er gezellig doorheen. Ze lusten er wel pap van.
We beloven wat kleding achter te laten voor deze kampong en gaan terug naar het hotel voor de lunch.
‘s Middags lopen we nog even naar een kleine passar, maar deze markt voor groente, fruit en vlees is al afgelopen, dus terug naar ons terrasje in de wind met het schitterende uitzicht.